In het bos vlak achter ‘t Harde, waar ik mijn jeugd heb doorgebracht, waren mijn vader en ik een wandeling aan het maken. De natuur is er prachtig en het ligt zo dichtbij waar wij woonden en waar mijn vader nu woont. Heel toevallig begonnen we op een pad, dat achter de begraafplaats ligt, waar mijn moeder nu ligt sinds ongeveer een half jaar. Het hek aan de achterkant van de begraafplaats stond open en zo zijn we de dag begonnen met het herdenken van mijn moeder. Allerlei jeugdherinneringen komen boven, zowel de goede als de minder of ook wel pijnlijke herinneringen. Zo mooi om samen met mijn vader te fotograferen. Hij is bijna 80 jaar en nog heel vitaal. En waarin wij zo op elkaar lijken, is dat als de stress wegvalt, er een creativiteit en interesse in dingen naar voren komt, die anders verstopt blijft. Ook mijn vader had zijn camera mee en experimenteert met bewegende foto’s maken. Zo trots op hem, hoe hij met het verlies van zijn vrouw, mijn moeder, omgaat. Wat hadden ze het goed samen in voor- en tegenspoed.
Hoe dieper we het bos inliepen, hoe stiller het werd. De zon scheen in mooie stralen door de bomen. De grond was op veel plaatsen omgewoeld door wilde zwijnen en we waren het wildrooster overgegaan, dus ook reëen en herten (en zelfs een wolf) komen veel voor in dit gebied. Wij hielden ook een tijd onze mond, wie weet wat er tevoorschijn zou komen. Opeens zei mijn vader, Kijk!! En wat liep er aan onze voeten in het herfstblad? Een piepklein muisje. Op zoek naar iets groots, kwamen we een prachtig klein beestje tegen. Niet bang voor ons, druk bezig op zoek naar eten…..